Muziektermen – A
Muziekvoorwaarden

Muziektermen – A

A (Duits a, Engels hey) - de letteraanduiding van het geluid la
A (it. a), a (fr. a) - on, y, k, s, with, in, before, like, in character, in style
een battuta (it. a battuta) - terugkeer naar ritmisch nauwkeurige uitvoering (na rubato, ritardando, enz.)
Een bocca chiusa (it. a bocca chiusa) - [zingen] met je mond dicht
Een bene placito (it. a bene huilen) - tempo en ritme naar goeddunken van de uitvoerder, hetzelfde als een piacere, een piacimento
een cadens (it. een cadens) - in de aard van cadans, vrijelijk
a capella (het. a capella), alla capella (alla capella) – zangkoor 6ez begeleiding Een capriccio (it. a capriccio) – optioneel
twee(fr. a de) – samen, op 2 instrumenten
Á twee hoofdgerechten (a de man) – in 2 handen
een verschuldigde (it. a due) – samen, op 2 instrumenten
een gepaste mani (a due mani) – in 2 handen
En als gevolg van voci (en due voci) – voor 2 stemmen
Naar de (fr. a la) - zoals, in karakter
Comfortabel (fr. alyez) – vrij in tempo en ritme
la mesure (fr. a la mesure) – 1) op de maat; 2) in hetzelfde tempo
een libito (it. a libito) - naar believen
Een beetje sneller (eng. e little kuike) – een beetje sneller
livre ouvert (fr. a livre uver) - [spelen] van blad
Een metà d'arco (it. meta d'arco) - [spelen] met het midden van de boog
Een mezza-voce(it. a mezza voche; traditionele pron. – a mezza voche) – in een ondertoon
À quatre hoofdgerechten (fr. een quatre main), een quattro mani (it. a quatro mani) – in 4 handen
Amper (fr. een pen ) – nauwelijks, nauwelijks
peine alenti ( vr. a pen alanti) – nauwelijks vertragen [Ravel]
plein zoon (fr. een plan zoon) – met een volle klank (appoko) – beetje bij beetje, geleidelijk À première vue (fr. a premiere vue) – [spelen] vanaf blad Op het eerste gezicht (it. a prima vista) - [afspelen] van blad À quatre hoofdgerechten (van een quatre maine), een quattro mani (it. a quattro mani) – in 4 handen À vier feesten
(van een katr-feestje), een quattro voci (it. a quattro vochi) – voor 4 stemmen
Een suo arbitrio (a suo arbitrio) – naar eigen goeddunken
Een suo comodo (it. a suo komodo) - naar believen
een tempo ( it. a tempo) – in hetzelfde tempo
Een tempod… (it. a tempo di …) – in een tempo dat gewoonlijk inherent is aan elk muziekgenre
Een tempo di marcia (a tempo di marcha) - in het tempo van de mars
En tempo libero (it. a tempo libero) – op zijn gemak; letterlijk in een vrij tempo
een tre (het. een tre), een tre voci (een tre vochi), een trois feesten (fr. een trois party) – in 3 stemmen, drie samen
Een tre corde(it. a tre corde) - op 3 snaren, dwz verwijder het linkerpedaal bij het spelen van de piano
trois temps (fr. a trois tan) – grootte van 3 beats
Een tutte corde (it. a tutte corde) - op alle snaren, dwz verwijder het linkerpedaal bij het spelen van de piano
Een una corda (it. a una corda) - op één snaar; neem het linkerpedaal op de piano
een viceda (it. a vichenda) - beurtelings, afwisselend
Op zicht (it. a vista) – speel vanaf blad
Een stem piena (het. een vóche dronken) - in volle stem
Een stem sola (it. a voche sola) solo voor stem
voglia (а volya) - naar believen
volonté (а volonte) – naar believen, zoals je wilt
Аb(Duits ab) - weg, verwijderen
Verlagen (Franse abesse) – lager
Verlaten (Franse overgave) - gemak; avec verlaten (avek leave) - op je gemak, overgeven aan het gevoel
van Abbandonatamente (het. abbandonatamente), met abbandono (con abbandono) – op je gemak, overgeven aan het gevoel
van Abbandono - het gemak
van Abbassamento (it. abbassamento) - verlagen
Abbas samen met de mano (abbassamento di mano) - met piano spelen met één hand
voor de
anders
.(it. abbellendo) – decoreren, willekeurige versieringen toevoegen
Versiering (het. abbellimento)
Abbellituur (abbellitura) – decoratie
Afkorting (Engelse afkorting), afkorting (it. afkorting), Afkortingen (Duitse afkortingen) - afgekorte tekens. niet n. brieven
Abdempen (Duits abdempfen) - dempen [geluid]
Maar (Duitse Aber) - maar, echter,
Abber gewichtig (Duits Zimlich Bevegt, Aber Gevichtich) – vrij mobiel, maar moeilijk
Abgerissen (Duitse abgerissen) - afgesneden
Abgestimt (Duits abgeshtimt) – afgestemd
Vanaf het begin (Latijn ab initio) – eerst
afkortingen(Duits abkyurzungen) - tekens van de afkorting van muzieknotatie, hetzelfde als Abbreviaturen
Afschaffen (Duits abnemand) - verzwakking [geluid]
Abgreger (fr. abrezhe) - verkorten, verkorten
inkorten (afgekort) - 1) afgekort; 2) tractura (controlemechanisme in het orgel)
breißend (Duits abraissend) - afgesneden
Аafkortingen (fr. afkorting) - tekens van de afkorting van muzieknotatie
bruptio (lat. abruptio) - pauze, plotselinge pauze
bschwellen (Duitse abshwellen) - verdwijnen
bsetzen (Duits . abzetsen) - in popmuziek, muziek - een scherpe stopzetting van het geluid
van absolute muziek (Engelse absolute muziek), absolute Musik (Duitse absolute muziek) - niet-programmamuziek
bstoßen (Duits: abshtossen) - abrupt;
detachement Аbstrich ( Duitse abstroh) - buigbeweging
bteilung (Duits abteilung) - sectie, onderdeel van
bwechselnd (Duits abvekselnd) - afgewisseld [met een ander instrument]
bwechslungsreich (Duits abvekslungs-reich) – met verschillende tempowisselingen en nuances
bwogend (Duits abvogend) - tegenhouden
accablement (fr. akableman) - moedeloosheid,
neerslachtigheid Aavec accablement (avek akableman) - neerslachtig
Accademia (it. akkademia) – 1) academie – een instelling voor hoger onderwijs of een wetenschappelijke instelling; 2) de naam van het concert in West-Europa in de 18e eeuw.
Spirituele Accademia(accademia spirituale) – spiritueel concert
Accarezzevole (it. accarezzevole) - liefdevol
Versnelling (it. acceleramento) - versnelling; met acceleraties (con acceleramento), accelerando (accelerando) - versnellen Accelerato (accelerato) - versnellen versnelling (fr. Acceleratie) – accelereren
Accelerez (versnelling) - versnellen Accent (Engels hoger), Accento (het. Accento), Nadruk (fr Accentuatie, Engelse uitdrukking), Accentueren (It. Accentuatione) – accent, klemtoon Accent (Frans Aksan) – 1) klemtoon, accent; 2) in de oudheid, muziek, gratienoot of nachschlag
accentando (het. accentando),
accentueren (accent), accentueren (accentueren), geaccentueerd (Franse axantue), geaccentueerd (Engels exentueytid) – accentueren
accentu (lat. accentus) - zingen
accesoire (fr. aksesuar) – extra
Acciaccato (it. accciaccato) - scherp Acciaccatuur (it. accccatura) - soort van genade
opmerking Ongevallen (fr. Aksidan), verdomd! (it. accidenti) - tekenen van verandering
onderscheiding (het. lofbetuiging), accolade (fr. onderscheiding) - onderscheiding
Begeleiding (het begeleidt),Begeleidende (Franse begeleider), Begeleiding (Engelse begeleiding) - begeleiding, begeleiding
Begeleidend (It. begeleidenando), Begeleiding (accompanyato) - met begeleiding, begeleidend
Begeleid je velouté (Italiaans-Franse accompanimento ep peu velute), Aaccopagnando licht fluweelachtig (it. – Engelse begeleiding van licht fluweelachtig) – om licht gesluierd te begeleiden
accoppiamento het.
begeleider ) – copula (een mechanisme in het orgel waarmee je de registers van andere toetsenborden kunt aansluiten wanneer je erop speelt
een toetsenbord )
(fr. akor) – 1) akkoord; 2) normale gereedschapsinstelling; 3) de structuur van het transponerende instrument (bijvoorbeeld hoorn in F); 4) in de 15e en 16e eeuw – ensembles van instrumenten van dezelfde familie
Accord à l'ouvert (akor al uver) – het geluid van open snaren
Akkoord brisé (fr. akor bries) – arpeggio
Accord de neuvième (fr. akor de neviem) - nonaccord
Akkoord van kwart en zes (fr. akor de cart e sixt) –
kwartsextakkord Accord de quinte et sixte (fr. akor de cant e sixt) - quintsextakkord
Akkoord de seconde (fr. akor de seconde) – tweede akkoord
Accord de septieme (fr. akor de satem) – septiemakkoord
Akkoord van zes (fr. akor de sixt) - zesde akkoord
Akkoord van niveau en kwart (Franse akor de tiers e-kaarten) –
tertsquartaccord Accord parfait (Franse akor parfe), Accordo-perfetto (Italiaanse accordeon perfetto) – triade
Accord plaquette (Frans akor plyake) - gelijktijdig klinken van alle noten van het akkoord [in tegenstelling tot arpeggio]
Accordeon (Franse accordeon) – stemming
Verlenen (Franse acorde) – stemming
Accordeon (It. Accordando) - bij elkaar passen
Overeenstemming (It. Accordare) – afstemmen
overeenstemming (Accordatura) – normale instrumentstemming
Accordaat subito (It. Accordate subito) - onmiddellijk opnieuw opbouwen
Accordaat (it. Accordatoyo) - stemvork
Accordeon (fr. accordeon) – accordeon
Accordeon (fr. accordeon) – een pennendoos voor strijkinstrumenten
overeenkomst (it. accordeon) – 1) akkoord; 2) een oud snaarinstrument
Accordeon van nona (it. accordo di nona) - nonaccordo
accordeon van sesta (it. accordo di sesta) – zesde akkoord
Instelbare overeenstemming (it. accordo di settima) – septiemakkoord
akkoord (fr. accordeon) - stalen sleutel voor het stemmen van piano's, harpen en andere instrumenten
begeleiding (Franse akupleman) - een copula (in het orgel zit een mechanisme waarmee je registers van andere toetsenborden kunt aansluiten wanneer je op één toetsenbord speelt)
Koppelaar (Franse accescendo
)(it. akkreshendo) – het geluid versterken; hetzelfde als crescendo
nauwkeurigheid (it. Accuratezza) – nauwkeurigheid; met nauwkeurig (kon netetstsa) – precies
beschuldigde (fr. akyuse) – benadrukt
Acerbamente (it. acherbamente) - ernstig, scherp, grof
Achtel (Duitse akhtel), Achtelnoot (axtelnote) – 1/8 noot
chtelpauze (Duitse akhtelpause) – 1/8 pauze
Akoestiek (Engelse akoestiek), akoestisch (Franse akoestiek) – Akoestiek
Handelen (Engels enz.), handelen (Franse act), Actie ( actie ) - handelen, actie
Actie(Engelse actie) – 1) actie; 2) het mechanisme van muziek. hulpmiddel; 3) tractura (controlemechanisme in het orgel)
custica (it. akoestiek) – akoestiek
cuta (lat. akuta), acutus (akutus) - gemengd, register van het orgel
cuto (it. akuto) - doordringend, scherp
Ad libitum (lat. ad libitum) – naar believen, naar goeddunken van
Advertentie un tratto (it. ad un tratto) – tegelijkertijd
Adagio (it. adagiotto) - nogal langzaam, maar iets mobieler dan adagio
Adagio (it. adagio; traditionele uitspraak adagio) - langzaam; vaak het tempo van het langzame deel van de sonatecyclus
Adagio Assai (het. adagio assai), Adagio di molto (adagio di molto) – heel langzaam
Adagio ma non troppo (adagio ma non troppo) – langzaam, maar niet te veel
extra (it. addolchendo) – zachter worden, steeds zachter
Addolcito ( verslavend ) - verzacht, voorzichtig
Addolorando (it. addolorando) – meer en meer treurig – treurig Ader (Duitse ader) - snor bij het snaarinstrument Adirato (it. adirato) - boos versieren (it. adornando), adornato (adornato) - decoreren sierlijk (versieren) - decoreren Aeolius (lat. eólius) - Eolische modus gelijk
(Latijn – Duits ekual) – 1) een instrument of stemmen van hetzelfde bereik; 2) de naam van de stukken voor ensembles van identieke instrumenten (ecuali voor trombones – Beethoven, Bruckner); 3) een van de registers van het orgel
Lucht (Franse aeryon) – luchtig
Aeusserst (Duitse Oysserst) – zeer, zeer
Vriendelijk (It. Affabile) - vriendelijk, aanhankelijk
Afnanto (It. Affannato) - angstig
Geliefd (Frans afektue) - voorzichtig
Afgesloten (it. affettatamente) - affectief
Genegenheid (it. affetto) - gevoel; met genegenheid (met affetto), vergeven (affectuoso) - met een gevoel
van Affiniteit (fr. affiene), affiniteit(Engels efiniti) – affiniteit [tonaliteit]
Afgesloten (het. afflitto), Afgesloten (afflisione) - moedeloosheid, verdriet; met Afflitto (tegen aflito), met affilizione (con aflizione) - verdrietig, verdrietig
affrettando (it. affrettando) - versnellen
Affrettato (affrettato) - versneld
Na (eng. na) – na
na beat (afte beat) – de conclusie van de triller
Leeftijdvol (het. adzhevole) - gemakkelijk (adzhevolmente), con leeftijdvolezza
( kon adzhevolezza) - gemakkelijk, at
gemak(it. ajatetstsa) – gemak; met agiatezza (met ajatezza), Agiato (ajato) – handig, rustig
Behendig (it. behendig, fr. azhil), met agilita (it. con agilita) - vloeiend, gemakkelijk
Wendbaarheid (agilitas), Wendbaarheid (fr. agiliet) – vloeiendheid ,
lichtheid _ _ _ Acon agitatie (it. con agitatione) - opgewonden, opgewonden
agitazione - opwinding
Naar de (it. alya) - een voorzetsel a in combinatie met een bepaald mannelijk meervoudsartikel - door, op, naar, voor, in
Agnus Dei(lat . agnus dei) – “Lam van God” – de eerste woorden van een van de delen van de massa en de
requiem melismas (termijn van de 18e eeuw) Аi (it. ai) - een voorzetsel en in combinatie met een bepaald lidwoord van het mannelijke meervoud - door, op, naar, naar, in igu (fr. aigu) - scherp, doordringend ile (fr eleu) – geïnspireerd imable (fr. embleem) - vriendelijk, vriendelijk Air (fr. er, eng. ea) - aria, gezang, lied Air variatie (fr. er varie) – thema met variaties Luchtig (eng. eri), luchtig (erili ) – gemakkelijk, sierlijk
Akkolade (Duitse onderscheiding) - onderscheiding
Akkord (Duits akkoord) – akkoord
accordeon (Duitse accordeon) – accordeon
handelen (Duitse act) - act, actie
akoestiek (Duitse akoestiek) – akoestiek
Akzent (Duits accent) - accent , accent
Akzentuierend (Duits accentuirand) - accentueren
Akzidenzien (Duits accidentien) - accidentals
Al (it. al) - het voorzetsel a in combinatie met het mannelijk enkelvoud bepaald lidwoord - door, op, naar, voor, in
Al bisgno ( it. al bisonno) – als je nodig hebt
In volgorde (het gaat goed) – tot het einde van
Alle loco's(it. all loco) – na het veranderen van de tessituur, ga terug naar de vorige; letterlijk in plaats van Al
meer (it. al piu) - in extreme gevallen,
Alquanto ( het.
alcuanto ) - een beetje, een paar voor elk teken [play] Al lang (it. al tallone) - [spelen] op de boeg blok Alberti-Bässe (Duits alberti – besse) – Alberti bassen Albisifono (Italiaanse albizifono), Albisifoon (Duits albizifon), albisifoon (Franse Albiziphone) - bassen, fluit alborada (Spaanse Alborada) – ochtendserenade Alcuna licentie
(it. alcuna licenza) – enige vrijheid, afwijking van het tempo en ritme
Aleatorik (Duits aleatorisch), Aleatoriek (Frans aleatorisch) – aleatorique – een moderne methode, compositie gebaseerd op het introduceren van een toevalselement, improvisatie van het begin in de structuur van het werk
Alenti (fr. alyanti) – langzaam
waarschuwing (fr. alert) – levendig,
behendig Aliquotton (Duits aliquotton) - boventoon
Allemaal ' (it. al) - voorzetsel a in combinatie met het lidwoord mannelijk. en vrouwelijk enkelvoud - door, op, naar, voor, in; zoals, in het karakter van
Alia(it. alla) – het voorzetsel a in combinatie met het vrouwelijke lidwoord van het enkelvoud – door, op, naar, naar, in; zoals, in het karakter van
Alia Breve (it. alla breve) - een maat van 4 kwarten, waarbij de partituur niet in kwarten, maar in halve noten is
meer caccia (it. alla kachcha) - in het personage is gewillig. muziek
lia camera (it. ayala camera) – in het karakter van kamermuziek
lia marcia (it. alla marcha) - zoals de mars
lia mente (it. alla mente) - in de geest, uit het hoofd [spelen], zonder een instrument [horen]
lia moderna ( it. alla moderna) – in de nieuwste stijl
Allant (Frans Alyan) - verplaatsbaar
Alle 'antica' (Italiaans al antica) – in de oude stijl,
Alia Polacca(it. alla polakka) – in het karakter van de polonaise
Alia pulcinella (it. alla pulcinella) - karikatuur, karikaturisering
Alia Stretta (it. alla stretta) - versnellen
Alia tedesca (it. alla tedeska) – in de Duitse geest
meer testa (it. alla testa) – terugkeren naar het begin
van Alia zoppa (it. alla tsoppa) - gesyncopeerd; letterlijk kreupel
Allargando (it. allargando) - uitbreiden, vertragen
Alle (it. alle) - een voorzetsel maar in combinatie met het vrouwelijk meervoud bepaald lidwoord - door, op, naar, voor, in
Alle (Duits alle) – alle
Allegrammente ( it. allegramente) - leuk, vrolijk, snel
allegretto(it. allegretto) - het tempo is langzamer dan allegro, en sneller dan andante
Allegreza (it. allegretstsa) - vreugde, plezier; con allegrezza (con allegrezza) - vreugdevol, opgewekt
Vrolijk (it. allegro) - binnenkort; traditioneel tempo van het eerste deel van de sonatecyclus; in de 18e eeuw werd allegro opgevat als vrolijke, vrolijke muziek, in het heden dient de tijd alleen om het tempo aan te geven
Allegro agitato (It. Allegro ajitato) – snel en opgewonden
Allegro gepassioneerd (It. Allegro appassionato) – spoedig en hartstochtelijk
Allegro Assai (It. Allegro assai) – zeer binnenkort
"llegro brillante" (it. allegro brillante) - snel en briljant
llegro comodo (it. allegro komodo) – spoedig, maar rustig
Allegro met brio (It. Allegro con brio) – binnenkort, leuk, levendig
Allegro met fuoco (It. Allegro con fuoco) – binnenkort, met vuur
Allegro van het concert (It. – Frans Allegro de conser) – concert Allegro
Allegro di bravoure (It. Allegro di bravura) - binnenkort en bravoure
Allegro furioso (It. Allegro furioso) - spoedig en woedend, woedend
Allegro onstuimig (It. Allegro impetuoso) - snel en gewelddadig, onstuimig
Allegro maestoso (It. Allegro maestoso) – spoedig en majestueus
Allegro ma non tanto (It. Allegro ma non tanto), Allegro non dus (Allegro non tanto), Allegro ma non troppo(Allegro ma non troppo) – snel, maar niet te
Allegro matig (it. allegro moderato) - redelijk snel
Allegro molto (het. allegro molto), Allegro van molto (allegro di molto) – heel snel
Allegro levend (it. allegro vivace ) - sneller dan allegro, maar langzamer dan presto
allein (Duitse Aleyn) – één, alleen
Alleluia (lat. Alleluia) - "Praise God" - starin, gezang van het jubelende karakter
Duitse (fr. Almand) - allemande (starin, dans)
Allentando (it. allentando) - vertragen
Loszittend (allentato) - langzaam
All'estremita delta membrana(it. al estremita della membrana) - [spel] langs de rand van het membraan (op een percussie-instrument)
lles übertonend (Duitse allee ubertönend) - [spel] met meer kracht dan de rest van de orc. [Berg. "Wozzeck"]
Alle Vorschläge stelt vor hun betreffende Taktteil (Duits Alle forschlege staten voor dem betreffenden tact tail) - voer alle gratienoten uit voordat acc. verslaan [Mahler]
zal improviseren (it. al improvviso) plotseling, onverwacht
ll'inverso (it. al inverso) - in omloop
llmählich (Duits almelich) - geleidelijk
llmählich im Zeitmass etwas steigen (almelich im zeitmas etwas steigen) – geleidelijk een beetje versnellen [R. Strauss. "Het leven van een held"];
Allmahlich sich beruhigend(almelikh zih berugend) – geleidelijk kalmerend [Mahler. Symfonie nr. 5]
Allo (it. allo) - voorzetsel a in combinatie. met een bepaald mannelijk lidwoord in het enkelvoud - door, op, tot, voor, in
Allontanandos (it. allontanandosi) - weggaan
All'ottava (it. al ottava) – speel een octaaf hoger of lager
Laat trillen (Engels elau to trillen) – met het rechterpedaal; letterlijk vibrerend
zal unisono zijn (it. al unisono) - in koor
llzusehr (germ. alcuseer) - te, te veel
Alourdir (fr. alurdir) – om zwaarder te maken
Alphoorn (het.
alpenhoorn ) – alpenhoorn Alt (kiem altviool) – altviool (stem)
alternatief(it. alteramente) – trots
alternatief (het. alterando), Gewijzigd (fr. wijziging) - veranderen, veranderen
Verandering (lat. wijziging), Wijziging (Duitse wijziging), Wijziging (Engelse wijziging), Wijziging (fr. wijziging ), Verandering (it. wijziginge) - wijziging, wijziging: 1) chromatisch. geluid veranderen; 2) de duur van noten in de mensurale notatie wijzigen
Alternatief (it. alternatief) – 1) afwisselend wisselend; 2) het benoemen van dansstukken met een trio; soms het trio
Altflote (Duitse altflete) werd dat ook wel genoemd – de altfluit
Aldoorn (Duitse Althorn), Althoorn(eng. altou hoon ) - althoorn
Altklarlnctlr (it Altklarinette) – altklarinet
Alt (it, altviool), (eng. Altou) - alt (stem)
Alt (fr. altviool) alt (strijkinstrument)
Alt klarinet (eng. altou klarinet) - alt klarinet
Altfluit (Engelse altfluit) – altfluit
Alttrombone (Engelse alttrombone) – alttrombone
Alttrompet (Engels altou trampit) – alttrompet
Altposaune (Duitse altpozaune) - alttrombone
anders (it . altri) – groepsleden zonder solisten
Altschlüssel (Duitse Altshussel) –
Alttrompete altsleutel(Duitse alttrompete) - altpijp
Altvaterisch (Duits altfayterish) – in de ouderwetse geest
Altijd (English olwayz) – altijd, altijd
Altijd gemarkeerd (olwayz makt) - de hele tijd benadrukken, benadrukken
Alzamento (it. Alzamento) - stijgen, verheffing
Alzaré (it. alzare) - verhogen, verwijderen [mute]
Ben Rande des Fells (Duits am rande des fels) – [spel] langs de rand van het membraan
Lief (it. amabile), con amabilita (con amabilita) - vriendelijk, liefdevol
Mogelijkheid - met dank aan
Amaramente (it. amaramente), con Amarezza (con amarezza) – met bitterheid
Amarezza – bitterheid
van amateur(Franse amater, Engelse amete), Amator (it. amatore) - amateur, amateur
strekking (het. ambito), Ambitus (lat. ambitus) - bereik, stemvolume, melodie-instrument
Amboß (Duitse ambos) - aambeeld (gebruikt als percussie-instrument) [Wagner. "Goud van de Rijn"; Orf. "Antigoon"]
 me (fr. am) – 1) ziel; 2) lieveling bij strijkinstrumenten
Amore (it. amore) - liefde
Amorevol (het. amorevole), Amorosament (amorosamen), Liefdevol (amoroso) - zachtjes, hartstochtelijk
Ampiamente, ampio (it. ampiamente, ampio) - breed, getrokken
uit Amplitude (Franse amplitude),Amplitudine (It. Amplitude) - amplitude [oscillaties]
An (Duits An) – k, on
Anacrous (Franse anakruz), Anacrusi (It. Anakrusi) -
zat in Anche (It. Anke) - ook, zelfs, nog steeds; bijv. Fl. Ill Anche Piccolo – 3e fluitist, ook Spaans. op piccolo
Ook (fr. ans), en battante (ansh batant) - 1) een riet voor houtblazers; 2) tong in de pijpen van het Anche dubbelorgel
( ansh double) - een dubbelriet bij het houtblazersinstrument
Anche vrij (ansh libre) - een vrije tong [in de mondharmonica, harmonium]
Ouderen (het. ancha), Ancia Battente(ancha battente) - 1) een riet bij een houtblazersinstrument; 2) tong in de pijpen van het orgel
Ancia Doppia (it. ancha doppia) - een dubbelriet bij het houtblazersinstrument
Ancia Libera (ancha libera) - een vrije tong [in de mondharmonica, harmonium]
Voormalig (fr. ansion) - oud, oud
Meer (it. anchor) - toch, herhaal
En (Engels einde) – en
devotionele (Duitse Andaht) - eerbied; mit Andacht (mit andaht) - eerbiedig
Trend (it Andamento) - 1) intermezzo in een fuga; 2) het thema van de fuga betekent lengte of melodisch voltooid
Andante(it. andante) - een gematigd tempo in de aard van de gebruikelijke stap, soms het tempo van het langzame deel van de sonatecyclus; in de 18e eeuw werd opgevat als een beweging sierlijk, niet erg traag
Andante cantabile (it. andante cantabile) - langzaam en melodieus
Andante maestoso (it. andante maestoso) – langzaam en majestueus
Andante pastorale (it. andante pastorale) - langzaam, pastoraal
Andante levendigheid (it . andante vivache) – in het tempo van andante, maar levendig en hartstochtelijk [Beethoven. "Lied uit een ver land"]
Andantino (it. andantino) – het tempo is iets sneller dan andante, maar langzamer dan allegretto
Andare een battuta (it. andare a battuta) - speel op het ritme van de metronoom
nello(it. anello) - een ringvormige klep (voor blaasinstrumenten)
begin (Duits anfang) – het begin; wie ben ik Anfang (she im anfang) - zoals in het begin, van Anfang (van anfang) – eerst
Anfangen (anfangen) – begin
Prettig (Duitse angenem) - nice anglaise (Franse hoeken) - de algemene naam van het oude Engels. danst
Angoisse (Franse anguasse) - angstig, loom, melancholisch
Angosciosamente (It. angoshozamente), Angoscioso (angoshózo) - angstig, rusteloos
Angst (Spaanse angustia) - verlangen; con angustia (con angustia) - in angst [de Falla. "Liefde is een tovenares"]
Stop (Duitse anhalten) - stop, beteugelen
Anhalted (anhaltend) - vertragen, terughoudend
Appendix (Duitse anhang) – toevoegen
Anima (it. anima) – 1) ziel; 2) lieveling van strijkinstrumenten; met ziel (con anima) - met een gevoel
van Animando (het. animando), animatie (fr.animan), animeren (aiime) – inspirerend,
verlevendigen animeren (het. animato), animoso (animoso), animé (van anime), Geanimeerde (Engels geanimeerd) – enthousiast, levendig
Anklang (Duitse enklang) - medeklinker, akkoord
Amutig (Duits anmutich) - sierlijk
Anneau mobiel(Frans ano mobiel) - ringventiel [voor blaasinstrumenten]
aanpassen (Duits anpassen) – volg …
nadering (Duitse Ansatz) –
Anschlag-embouchure (Duits full house) - 1) klap; 2) aanraken; 3) type genadenoot van 2 noten
aansluiten (Duits anschließen) - gelijkspel [van de volgende. deel van de op.]
zwelling (Duitse Anshvallen) - zwelling, groeiend
angstig (It. Ansioso) – alarmerend
Antwoord (Engels Anse) – satelliet, antwoord in fuga
... Ante (It. Ante) - ... shchy,. .. meer – erin. lang. het beëindigen van de communietijd en afbeeldingen, bijwoorden ervan; bijvoorbeeld: brillante – briljant, briljant (van brillare – tot glans)
Antecedent (Franse antesedan),Antecedent (it. antechedente) – 1) het thema van de fuga; 2) vroege stem in de canon
Anteludium (lat. Anteludium) - inleiding; hetzelfde als praeludium
Hymne (Engels entem) - antem: 1) een hymne, een plechtig lied; 2) kerk. koraal, cultvorm, muziek in Engeland
Anticipatie (Latijnse anticipatie), Verwachting (Franse antisipasion, Engelse anticipatie)
Antizipatie (Duitse verwachting) verwachting (Italiaanse anticipatione) – predem; letterlijk antico (Italiaanse antico), antiek (Duits antiek), Antiek (Frans antiek, Engels
verleiden ) – 1) oud; 2) antiek Antine (Frans Antion), antifoon
(lat. antifoon) - antifoon, afwisselende (dialogische) zang van de solist en koor of 2 delen van het koor
antifonariurn (lat. antiphonarium) – een verzameling antifonen
Antieke bekkens (eng. antik simbles) - antiek
bekkens Anwachsend (Duits anvaksend) – groeiend, met groeiende kracht
Aolsharfe (Duitse eolsharfe) - eolische harp
gestild (Franse apeze) - vreedzaam [Debussy, Jolivet]
Aperti, aperto (it. aperti, aperto) - [spel] op koperblazers en percussie-instrumenten zonder dempers; letterlijk open
Opening (it. diafragma) - ouverture
Apotheose (het. apoteosi), Apotheose (fr. apoteose), Apotheose(Duits apoteóze), apotheosis (Engels apothiousis) - de apotheose van
Appassionato (It. nppasesonato) - hartstochtelijk
Appel mysterieux (Frans Apel-mysterie) - een mysterieuze roep [Skryabin. Sonate nr. 6]
gewoon (it. appena) - nauwelijks, nauwelijks
Appenato (it. appenato) - lijden
Bijlage (lat. appendix) – toevoeging, toepassing
Toepassingen (het. vingeren), Toepassing (Duitse vingerzetting) – vingerzetting
Appogiando (It. Appogiando) - onderhouden
Appoggiare de stem (It. Appoggiare la voche) – benadruk, verduister de overgangen
Appoggiatura (It. Appoggiatura) – 1) gratienoot; 2) detentie
Appunto, een punto(it. a punto) – precies, stipt
Appuuer (fr. appyuye) – accentueren, markeren, benadrukken
 pre (fr. apr.) – scherp, hard
Après (fr. apre) – na
Druk (Portugese aprissado) – beweegbaar
Arabeschi (Italiaanse arabesk), arabesk (Duitse arabesk), arabesken (Franse arabesk, Engelse arabesk) –
arbitrair arabesken (Italiaanse arbitrio) – discretie; een suo arbitrio (a suo arbitrio) – naar eigen goeddunken
Arcata (it. arcata) - [spelen] met een boog
Archeggiare (it. arkejare) - leid de boog [langs de snaren]
Boog (fr. boog) - boog;met archet (avek arshe) - [spelen] met een boog
Archet à la cordé (Franse arche a la corde) - "strik aan een touwtje": markeer elke noot
Bows (it. bogen) - strijkers, snaarinstrumenten
Archiembalo (het. archicembalo) , Arcicembalo (archicembalo) – an oud toetsenbord instrument
_ _
_ , Architectonisch (it. arkitettonika) - architectonisch van Archiviola di lire
(it. arkiviola di lira) - starin, strijkinstrument voor contrabas; gelijk aan Hronen
Arco (it. Arco) - een boog; col'arco (col arco) – [spelen] met een boog
vurig (fr. Ardan), met ijver (vek arder), vurig (it. ardente) - vurig, vurig
Arditatnente (it. arditamente) - Winterhard (ardito) - stoutmoedig, dapper
Argentijns (Frans argentijns) - zilverachtig
Ä gerlich (Duits Ergerlich) - boos, geïrriteerd [Reger]
Gebied (It. Aria, Engelse Arie) - aria, lied
Aria de capo (It. Aria da capo) - 3- privé-aria (III deel - herhaling van I); letterlijk aria eerst
Aria de Chiesa (It. Aria da chiesa) - kerk. aria
Aria di bravoure (it. aria di bravura) - bravura aria
Arie (Duitse aria) - aria
Arietta (it. arietta) - een kleine aria, lied
Arioso (it. arioso) - 1) melodieus; 2) – een beetje. vocaal nummer in de opera
harmonie (it. Armonia) – 1) harmonie; 2) akkoord
Mondharmonica (it armonica) – glazen mondharmonica
Armonici (it armonici) – harmonische klanken
Artnonisch (it. armonico) – 1) welluidend; 2) boventoon
Armoni (it. armónio) - harmonium
Gewapend (het. armoniosamente), Harmonisch (armonioso) - harmonisch
Harmonisatie (it. harmonizamento) - harmonisatie
Armonizar (ap-monizare) – harmoniseren
Schild (fr. armur) – tekens in de sleutel
Arpa (it. arpa) - harp Arpanetta (it. arpanetta) - een klein instrument in de vorm van een harp
Arpege (fr. arpeggio), Arpeggio (it. arpeggio; traditionele pron. arpeggio) – arpeggio; letterlijk als op een harp
Arpeggiaan (arpenjando) – arpeggiëren
Arpeggione (it. arpeggione) – een strijkinstrument dat de kenmerken van een cello en een gitaar combineert
Arrache (fr. arrache) - abrupt, schokkerig Arrangement
( vr.
(fr. arre) - stoppen
Stoppen (arrete) - stoppen
Ars antiek (lat. zijn antiqua) – oude kunst (muziek uit de 12e-13e eeuw)
Arsis (rp., lat. arsis) - zwakke, ongeaccentueerde tacttijd; bij het dirigeren - de hand opsteken
Ars nova (lat. Ars nova) – nieuwe kunst (muziek uit de 14e eeuw)
Kunst (fr. ar, eng. aat), Kunst (it. arte) - de kunst van het
Artikelen (het. artikolando), Gearticuleerd (articolato), Duidelijk praten (Frans artikel) – duidelijk articulerend
articulatie (It. articulatie), articulatie (Franse articulatie, Engelse articulatie), Artikulatie(Duitse articulatie) - articulatie
Kunstenaar (Engelse atist), Kunstenaar (Italiaanse kunstenaar), kunstenaar (Franse artiest) - artiest, artiest, artiest
Artistiek (Engels atistic), Artistiek (Italiaanse kunstenaar), artistiek ( fr. artiest) – artistiek, artistiek
aritmie (fr. aritmieën) - aritmie, gebrek aan ritme
As (Engels ez) – zoals
Zoals eerder (ez bifo) – zoals voorheen
Zo dicht mogelijk bij de brug (English ez nie de bridge ez posebl) – [play] zo dicht mogelijk bij de tribune
Aspirare (it. aspirare) - zingen met
Aspiratie tijdens het ademen(Franse aspiratie) - adem, cesuur
Aspramente (het. aspramemte), Aspro (aspro) - ernstig, hard, scherp [Verdi. "Othello"]
assai (it. assai) - zeer, zeer
Assai leven (assai vivo) – heel snel
genoeg (fr. ezel) – vrij
Assez vif (fr. asse vif) – vrij snel
Assez doux, mais d'une sonoriet large (Franse asse du, mae dune sonoriet groot) – tamelijk zachtaardig, maar sonore [Ravel, “Pavane”]
Samen (it. assieme) – samen
Absoluut (it. assoluto) - absoluut, onvoorwaardelijk
Verzachten (fr. assuplir) – verzachten
Zo staccato mogelijk(eng. ez staccatou ez posable) - zo abrupt mogelijk [Britten]
Ademen (Duitse atmen) - haal adem, haal adem
.. Ato (it. … ato) – … n, … nee, … dat, … dan – erin. lang. het einde van het voltooid deelwoord en het daaruit gevormde bijwoord, bijvoorbeeld: moderato – matig (van moderare – matig) Atonalita
( het . atonalita), Atonaliteit ( fr . atonaliteit, gebrek aan modale verbindingen Attacca (it. attacca) – ga zonder onderbreking door naar het volgende deel van de productie ” Attacca subito (subito) – begin direct met het volgende deel van aanval
(it. attakko) - een kort thema van een fuga of imitatie
Aanval (eng. etek) - aanval; in moderne jazz: 1) scherp dynamische "ingang" tot het geluid; 2) versnelling van het tempo
Verzwakker, verzwakker (fr. verzwakken) - gedempt, verzacht, verzacht
Aan de rand van het hoofd (English et de rim ov de head) – [spel] langs de rand van het membraan (op een percussie-instrument)
atto (it. atto) - actie, act
in overeenstemming brengen (eng. etyun) – tune [muziek. instrument]
Aubade (fr. Obad) – ochtendserenade
Au bord de la membraan (fr. over bord de la mambrand) - [spel] langs de rand van het membraan (op een percussie-instrument)
auch (Duits auch) - ook, ook, en
Audace (het. audache),met durf (fr. avek odas) – stoutmoedig
Auditie (fr. odison) – 1) horen, horen; 2) optreden, concert; première auditie (premier odison) – 1e optreden
Auf (Duits auf) - op; bijvoorbeeld, Sordinen Auf (Sordinen auf) – zet dempen op
Auf dem Rand der gro & en Trommel zu schlagen (Duits: auf dem rand der grössen trommel zu schlagen) - [spel] langs de rand van het membraan is groot. trommel [Berg]
Op de … Saite (Duits auf der zaite) – [spel] op de snaar …
prestatie (Duitse auffurung) - enscenering [de voorstelling]
Opgehoogd (Duits aufgehoben) - [spelen] met een bel omhoog
Geregisseerd (Duits aufgeregt) - opgewonden, opgewonden
editie (Duitse auflage) - editie van
Resolutie (Duitse auflösung) - resolutie [van dissonantie]
Auflösungszeichen (Duits auflösungs-zeichen) –
financier Aufrichtig (Duits aufrichtich) - oprecht
opkomst (Duitse aufschvung) - impuls; met Aufscwung (mit aufschvung) - in een vlaag [Mahler]
opschonen (Duitse aufzetzen) - aantrekken, aantrekken
Auf Singstimme warten (Duits auf singshtimme warten) – volg de stem [Berg]
Opgelicht (Duitse aufstrich) - [beweging] met een boog omhoog
Aftakt (Duitse auftakt) -
Zatakt Auftritt (Duits Auftrit) - fenomeen, uitvoering van
Verhogen(Duitse aufvallung) - opwinding, flits, rush
Aangekomen (Duits aufvogend) - versnellen
Aufzug (Duits aufzug) - actie, act
versterkend (fr. ogmantan) - versterken, groeien
augmentatie (lat. Augmentatio) – 1) verhoging, ritmische thema-uitbreiding; per augmentatieem (per augmentationem) – met een verlenging van de looptijden (in navolging, canon); 2) in mensurale notatie - herstel van de gebruikelijke duur van de noot
toenemen (fr. ogmantasion, eng. ogmenteyshen), toenemen (Duitse vergroting) - de duur verlengen
van Augmenté (fr. ogmante), Augmented (eng. ogmentid) - verhoogd [interval, triade]
zielen(gr. aulos) – andere – Grieks. hout, blaasinstrument
Toenemend (it. aumentando) - versterken
Is gestegen (it. aumentato) - verhoogd [interval, triade]
vergroten (it. aumentatione) - verhogen
Au milieu de I'archet (fr. over milieu de larshe) – [play ] the middle of the bow
jij beweegt (fr. o muvman) – terug naar het vorige tempo
Аu mouvement en serrant jusqu'à la fin (fr. o muvman en saran jusque a la fan) – terug naar het vorige tempo en versnellen tot het einde [Debussy]
Uit (Duits aus) - van, door, met
Ausbreitend (Duits ausbreitend) - uitbreiden, vertragen
Uitdrukking (Duits ausdruk) - uitdrukking; met Ausdruck(met ausdruk), Ausdrücksvoll (ausdruksvol) – expressief
Ausdrückslos (Duits ausdruxlez) – zonder uitdrukking [Berg]
editie (Duitse ausgabe) – editie
Buitengesloten (Duitse ausgelassen) - ongebreideld; immer ausgelassener (immer ausgelassener) – meer en meer ongebreideld [R. Strauss]
gekozen (Duits Ausgevelt) – favorieten
Volhouden (Duits Aushalten) - bestand tegen [geluid]
Aussi (Franse assen) - zo, ook, net zoals; bijv., Aussi légèrement dat mogelijk is (assen legerman ke posible) – zo gemakkelijk mogelijk [Debussy]
Sober (it. austero), con austerità (con austerita) - strikt, streng
Ausweichung(Duits ausvayhung) - afwijking in andere tonaliteit
Ausziungen (Duits austzierungen) - decoraties
Authentiek (Het. Autentiko), Authentiek (Engelse otentiek), authentiek (Franse otantik), Authentiek (Duits authentiek), Authentiek (lat auteitus) - authentiek [modus, cadans]
automatisch (it. automatikamente) – automatisch
hulp- (Engels ogzilieri) – hulp
Hulpnota (ogzilieri-noot) - hulp. Opmerking
Avant (fr. avant) - voor, voor, voor, voor; vooruit (en avan) – vooruit [sneller]
vooruit (it. avanti) - vooruit, eerder, vooruit;van tevoren (poco avanti) - een beetje versnellen
Ave (lat. ave) – hallo
ave Maria (ave Maria) - een beroep op Mary
met (fr. avek) - met, samen
Avec verlaten (avek leave) - op je gemak, overgeven aan het gevoel
van Avec charme (avek charme) - charmant
Avec de brusques oppositions d'extreme geweld en de passionnée douceur (Frans avec de brusque opposition d'ekstrem violans.e de pacione douceur) – met plotselinge uitbarstingen van gewelddadige kracht en hartstochtelijke tederheid [Debussy. Prelude "Poort van het Alhambra"]
Avec zeker (avek defi) - uitdagend
Avec lekkernij (avek delicatessen) - genieten
Met de broches(Frans avec de broch) - om metaal te raken. breinaalden (bij het spelen op borden)
vec ecla (avek ekla) – sprankelend
vec elan (avek elyan) - met een rush
vec emotie (fr. avek emosbn) – opgewonden
vec émotion et ravissement (avek emosón e ravissman) - opgewonden, met een gevoel van bewondering [Skryabin]
Avec betovering (fr. avek anshantman) - charmant
avec meevoeren (avek entren) – enthousiast
Avec entraînement en ivresse (fr, avek entrenman e ivres) - enthousiast, bedwelmd {Skryabin. Symfonie nr. 3]
vec grâce (Frans avek grae) – met gratie, sierlijk
vec grâce et douceur (avec grâce e ducer) - sierlijk en zacht [Scriabin]
vec onzekerheid (avek assertiviteit) - aarzelend
vec la brosse (fr. avek la bros) – [wrijven] met een borstel [over de huid van de trommel]
vec la liberté d'une chanson populaire (fr. avec la liberte dune chanson populaire) – op een ontspannen manier nar. liedjes [Debussy. "Hills of Anacapri", "Beweging"]
vec la pointe (avek la pointe) - [spelen] met het einde van de boog
vec langueur (fr. avek langer) – loom, alsof ze uitgeput waren
vec lassitude et langueur (fr. avec lassitude e langueur) - vermoeid, in loomheid [Scriabin. Symfonie nr. 3]
vec le balai (Frans avek le bale) - [spelen] met een garde (op een percussie-instrument)
vec le bois de 'S boog(Frans avec le bois dellarche) - [spelen] met de schacht van de boog
Met de zak (fr. avec le pus) - [slaan] met je duim [op de huid van de trommel]
Met lenteur (fr. avec lanter) – langzaam
Met les stokbrood (fr avec le baguette) – [spelen] met stokjes
vec les cordes relâchées (fr. avec le cord relache) [spelen] met verzwakte snaren (op de snaredrum)
vec lourdeur (avek lurder) - hard
vec mysterie (avek myster) - mysterieus
vec ravissement et tendresse
( Frans avec ravissman e tandres) – met bewondering,
voorzichtig(avek riger) - strikt, precies [het ritme observeren]
vec zuur (fr. avek surdin) - met een mute
vec suavité (avek suavite) - aangenaam, voorzichtig
vec taquinerie (avek takineri) – met enthousiasme
vec tragique effroi (fr. avek trazhik Efrua) – in tragische horror [Scriabin. Symfonie nr. 3]
vec vervoer (avek transport) – met een impuls
vec trouble et effroi (fr. avek trubl e effroi) – in verwarring en angst [Scriabin. Symfonie nr. 3]
vec un balai en metal (fr avec en bale en metal) – [slaan] met een metalen garde op een bord
vec une ardeor profonde et voilée (Frans avekün arder profonde e voilée) – met een diepe maar verborgen hitte [Scriabin. Sonate nr. 10]
vec une celéste volupté (fr. avekün selast volupte) – met hemels genoegen [Scriabin. Sonate nr. 7]
vec une chaleur contenue (fr. avekün chaleur contenue) – met ingehouden warmte [Scriabin. Sonate nr. 6]
vec un éclat éblouissant (Frans avec en ekla ebluissant) – met een oogverblindende schittering [Skryabin, “Prometheus”]
vec une douce ivesse (Frans avekün dos ivres) – in zachte bedwelming [Skryabin. Sonate nr. 10]
vec une douce langueur de plus en plus éteinte (Frans avecun dous langueur de pluse plus plus etent) – in een zachte, geleidelijk vervagende loomheid [Scriabin. Sonate nr. 10]
vec une douceur cacheé (Frans: avecun douceur cacheé) – met verborgen tederheid [Scriabin. "Masker"]
vec une douceur de plus en plus caressante et empoisonnee (Frans avekün douceur de plusan plus caresant e enpoisonne) – met tederheid, steeds meer strelend en giftig [Skryabin. Sonate nr. 9]
vec une émotion naissante (fr. avekün emosón naissante) – Scriabin met ontluikende opwinding. "Naar de vlam"]
vec une étrangeté subite (Frans avekün etrangete subite) – met een plotselinge vreemdheid [Scriabin. "Vreemdheid"]
vec une fausse douceur (Frans avecun fos douceur) – met bedrieglijke tederheid [Scriabin. "Vreemdheid"]
vec un effroi contenu (fr avek en effroi contenu) – met een ingehouden uitdrukking van angst [Scriabin. "Prometheus"]
vec une grâce caprkieuse (Frans avekün grâce grillig) – met grillige gratie [Scriabin. Nocturne gedicht]
vec une grâce doiente (fr. avekün grae doiente) – met droevige gratie [Scriabin. "Donkere vlam"]
vec une grâce languissante (Frans avek yun grae langissant) – met lome gratie [Skryabin, “Slingers”]
vec une ivresse débordante (Fr. avek yun ivres debordant) - in overvloeiende dronkenschap [Skryabin. Symfonie nr. 3]
vec une ivesse toujours croissante (fr, avec un ivresse toujours croissant) – in een voortdurend groeiende bedwelming [Scriabin. Symfonie nr. 3]
vec une joie débordante (Frans avek yun zhui debordante) – met uitbundige vreugde [Scriabin. Sonate nr. 7]
vec une joie de plus en plus tumultueuse (Frans avekün joie de plusan plus tumultueuse) – met meer en meer stormachtige vreugde [Scriabin “To the Flame”]
vec une joie éclatante (fr. avecun joie éclatante) – met sprankelende vreugde, een explosie van vreugde [Scriabin. Symfonie nr. 3]
vec une joie éteinte (Frans avekün joie etente) – met een uitdrukking van vervaagde vreugde [Skryabin, “Prometheus”]
vec une joie voilée (Frans avekün joie voilé) – met verborgen vreugde [Skryabin. "Naar de vlam"]
vec une joyeuse exaltation (Frans: avekün joyeuse exaltasón) in vreugdevolle verrukking [Scriabin. Sonate nr. 10]
vec une langueur naissante (Frans avekyun langueur naissant) – met ontluikende loomheid [Scriabin. Sonate nr. 9]
vec une noble et douce majesté (Frans avecun noble e dous majeste) – met edele grootsheid en tederheid [Scriabin. "Gedicht van extase"]
vec une passion naissante(Frans avekyun pasion nessant) – met ontluikende passie [Scriabin. Poemano-octurne]
vec une volupté de plus en plus extatique (Frans avecun volupte de plusan plus extatisch) - in groeiend, extatisch genot [Skryabin. Gedicht van extase]
vec une volupté dormante (Frans avekün volupte slapend) – met plezier, als in een droom [Scriabin. Gedicht-nocturne]
vec un intense désir (Frans avek en en-tans dezir) – met een sterk verlangen [Skryabin. "Prometheus"]
vec un diepgaand sentiment d'ennui (Frans avec en profond centiman d'annuy) – met een diep gevoel van verdriet, verveling [Blad]
vec un profond sentiment de tristesse (Frans avec en profond centiman de tristes) – met een diep gevoel van droefheid [Blad]
Avvicinandosi(it avvichinandosi) - nadert
Avvivando (het. avvivando) –
Azione nieuw leven inblazen (it azione) - actie, presentatie
Azion sacra (it. azione sacra) - spirituele uitvoering, oratorium op een bijbels verhaal

Laat een reactie achter